De strijd om het hooi – hoeveel is nu genoeg?

Je kent het vast.

Jij ziet dat je paard hongerig is, op stal staat te schrapen of zelfs lucht zuigt.
Je vraagt om extra hooi, maar de staleigenaar zegt: “Dat is echt te veel.”
En dan sta je daar: tussen je eigen gevoel, je zorgen, en de regels van stal.

Het voelt als een strijd.
Tussen wat jij denkt dat je paard nodig heeft, en wat de staleigenaar zegt dat haalbaar is.



De spagaat; wie heeft er nu gelijk?

Als paardeneigenaar wil je rust. Gezondheid. Balans.
Je wéét dat voldoende vezels essentieel zijn voor een goed werkende spijsvertering.

Maar je wilt ook geen lastige eigenaar zijn.
Geen discussies veroorzaken. Geen onrust op stal.

En precies in die spagaat… zit je paard.
Letterlijk.

Want met te weinig ruwvoer kunnen er grote gezondheidsrisico’s ontstaan.


Hoeveel hooi heeft een paard écht nodig?

Tijd voor de feiten.

Een paard heeft dagelijks 1,5–2% van zijn lichaamsgewicht aan droge stof nodig.
Even rekenen?

Bij een paard van 600 kg is dat:

  • 9–12 kg droge stof
  • Omgerekend zo’n 11–14 kg hooi (afhankelijk van het vochtgehalte)

Te weinig ruwvoer geeft risico op:

  • Darmproblemen
  • Stress en stereotiep gedrag (luchtzuigen, weven, schrapen)
  • Verveling en overgewicht (ja, ook dát)

En wist je dat pony’s tot 3,5% van hun gewicht aan droge stof kunnen verwerken?
Juist zij hebben extra structuur en vulling nodig – zonder te veel calorieën.


Maar hoe leg je dit uit aan een staleigenaar?

Hier zit vaak de uitdaging. Want stalregels gaan vaak over praktisch & kosten.
Maar jouw zorgen gaan over gezondheid & gedrag.

4 dingen die je kunt doen:

  1. Ga het gesprek aan vanuit kennis, niet frustratie
    Leg uit wáárom je paard meer ruwvoer nodig heeft. Gebruik cijfers.
  2. Zoek samen een oplossing
    Denk aan slowfeeders, kleinere porties per keer, of zelf bijvoeren (in overleg).
  3. Focus op kwaliteit
    Goed hooi kan soms méér doen dan kwantiteit. Laat evt. analyseren.
  4. Blijf de gezondheid volgen
    Let op gedrag, mest, energie, gewicht, etc. Houd bij wat werkt.

Wat ik zie in mijn praktijk

In mijn praktijk hoor ik deze worsteling vaker dan je denkt.

De discussie over ruwvoer gaat zelden alleen over "hoeveelheid".
Het raakt óók gedrag, weerstand, spijsvertering en de relatie tussen paard, eigenaar én stal.

Wat ik vaak zie:
De eigenaar maakt zich zorgen.
De staleigenaar denkt praktisch — in arbeid, opslag en kosten.

Beiden doen dat vanuit hun beste intentie.
Maar de belangen liggen soms gewoon anders.

En precies daar ontstaat frictie.
Want als jij je zorgen maakt over darmgezondheid of stereotyp gedrag,
maar er wordt gereageerd met: “Daar doen we hier niet aan,”
dan voel je je machteloos.

Veel paarden krijgen te weinig vezels, te weinig structuur of te lang niets te eten.
En dát heeft direct invloed op het darmmilieu.

👉 Denk aan:

  • Verstoringen in het microbioom
  • Meer kans op maagzweren en verzuring
  • Minder opname van voedingsstoffen

Een gezond paard begint écht bij een gezonde darm.
En een gezonde darm begint bij voldoende, vezelrijk ruwvoer – op de juiste manier aangeboden.


Het gaat niet om wie gelijk heeft.

Het gaat om wat jouw paard nódig heeft.

En dat begint vaak bij iets ogenschijnlijk simpels als: voldoende goed ruwvoer.

👉 Wil je meer inzicht in wat jouw paard nodig heeft?
Dan is HINNIK Start een mooie eerste stap: 30 dagen begeleiding, een uitgebreide analyse en praktische aanbevelingen waarmee je direct verschil maakt.


Geschreven door Ingrid Buist – De Grinnikende Hinnik
Natuurgeneeskundige voor paarden. Geen losse lijstjes, wél advies dat klopt – op z’n Gronings.

Ik help paardeneigenaren die helderheid willen.
Die willen begrijpen wat hun dier écht nodig heeft, zonder ruis of standaardoplossingen.
Met de HINNIK-methode kijk ik naar voeding, gedrag, gezondheid en omgeving – zodat jij met vertrouwen kunt handelen, afgestemd op wat écht past.

🌐 Meer weten? Kijk op www.degrinnikendehinnik.nl

📲 Volg me ook via Instagram en LinkedIn



Reacties

Populaire posts van deze blog

5 Signalen dat je paard natuurgeneeskundige ondersteuning nodig heeft

Waarom wachten tot het erger wordt geen goed idee is